Zaadtape of zaadlint is handig om je zaadjes mooi regelmatig te verspreiden. Daardoor hoef je niet te verspenen of uit te dunnen. Dat scheelt een hoop verspilling. Ook voorkomt het lint dat je zaad wegspoelt of wegwaait voordat het ontkiemt. Hoe maak je het?
Wat heb je nodig?
Knip een strook wc-papier in de lengte doormidden, en vouw iedere strook dubbel. Vouw de strook lichtjes open en verspreid de zaadjes over de strook (volg de plant-aanwijzingen op de verpakking).
Voor de fijne, kleine zaadjes ga je als volgt te werk. Vouw de strook dicht en maak het papier nat met de plantenspuit (fijn vernevelen). De lagen papier plakken nu aan elkaar, duw het een beetje aan met je vingers. Laat de stroken drogen en controleer of de lagen goed aan elkaar zijn gekleefd. Anders opnieuw natmaken een aanduwen.
Bij grotere zaden kun je natuurlijke lijm maken van bloem met een beetje water: voor drie lepels bloem heb je ongeveer anderhalve lepel water nodig (niet te veel water!). Breng met een stokje of tandenstoker op de juiste afstand van elkaar druppels lijm aan in de vouwlijn en druk de zaden erin. Tot slot lijm je de hele rand van de strook in met een klein lepeltje. Vouw het lint dubbel en laat het goed drogen.
Goed gedroogd zaadlint kun je losjes oprollen en bewaren (of cadeau geven).
Voor het zaaien graaf je een geultje in de aarde. Knip of scheur de juiste lengte van je strook. Leg de strook in de geul en bedek het zorgvuldig met de aarde, op de juiste diepte volgens de aanwijzingen op de verpakking van het zaad.
Vergeet niet om regelmatig water te geven! Het papier lost op en de plantjes staan meteen op de juiste afstand van elkaar.
Deze blog werd geschreven door Loes Vork van Boekselen en Stempels maken. "Dit heeft daar niks mee te maken, en is toch leuk!"